
Een intensiteit die je zelden ziet, bijna organisch,’ zo beschreef voorzitter Jo Wijnen ‘De sjtoafe tèsj’, het verhaal van Wim Heijmans waarmee hij in 2002 voor de tweede maal De Groot Limburgse Dialectprijs van Veldeke won.
Eerder deed hij dit in 1999 met passages uit de monoloog ‘Sjtille Sjtee.’
'DE NAAT VAN DE BLAUW KLONE'
Met ‘De naat van de blauw klone’, de eerste monoloog van Wim, kreeg het Kerkraadse Café-Tiejater Kriek in drie categorieën nominaties voor de meeste opmerkelijke productie van de Limburgse Federatie Amateurtoneel. In de categorie mannelijke hoofdrol en publieksgerichtheid werd de eerste prijs toegekend.
HERFSREËN ÓP ’T MAÏSVELD
Het juryrapport van de monoloog ‘Herfsreën óp ’t maïsveld’, waarmee hij in 2001 de tweede prijs bij Veldeke won, typeert de persoon van de Limburgse auteur Wim Heijmans. De in 1947 geboren leraar toont engagement in zijn werk. ‘Het is niet belangrijk wat je hebt, maar hoe je bent.’
‘Dit verhaal is een soort lovestory met elementen van het sprookje en volksverhalen. Liefde is hier in de overkoepelende thematiek en wordt gekoppeld aan verlangen, diep leed, waanzin en dood. Wat precies gebeurt, is niet helemaal duidelijk, waardoor de spanning alleen maar opgebouwd wordt. De lezer weet alleen dat een vrouw en een man die op zoek zijn elkaar vinden, en elkaar ook weer verliezen door de dood van de man. Maar zelfs dat is niet zeker, altijd blijft de vraag: wat gebeurt er of is er gebeurd. Dit resulteert in een grote spanningsboog, die in ruimtelijke uitwerking nog versterkt wordt door de drukkende hitte en de hallucinerende beelden.
Een voorbeeld van zo’n beeld is de passage waarin een jong koppel in ’t licht van een maïscombine opduikt: is dit een droom, is dit een hallucinatie of is dit reëel? Tegelijk geeft dit beeld de grote literaire verbeeldingskracht weer van de schrijver, die meer van dit soort filmische passages in zijn verhaal heeft verwerkt. Niet alleen de originele, experimentele verwerking van liefdesthematiek, maar ook het taalgebruik, met mooie zinnen en levendige dialogen maken dit verhaal tot een van de beste stukken Limburgs dialect.
VISIE
‘Wil je in de mensen komen, moet je in hun taal komen’ is zijn pedagogische visie. Daaruit volgt het belang van het Limburgse dialect. In de geborgenheid van de moederschoot zijn gevoelens klanken geworden.
Als columnist schreef hij voor Limburg-On-Line en de uitgeverij Zwijsen, Tilburg.
Sinds 1993 is hij als vertaler en bewerker van toneelstukken verbonden aan het Volkstoneel in Kerkrade. Bij Veldeke is hij lid van de commissie educatief en publiceert hij regelmatig in hun tijdschrift. In de Veldeke Literair Reeks deel 11, staan passages uit Sjtille Sjtee en deel 12 zijn gedicht ‘Tsenke’. De eenakter ‘D’r jank’ is opgenomen in het boek ‘Alles Theater’.
TIC
Met zijn verhaal ‘Jeweun’ maakt hij deel uit van de bundel ‘Sjrieve is blieve’. In de loop van 2004 is zijn verzameld werk uitgekomen onder de titel ‘Uvver klone, sjteremeëdjer en anger lü. Dit boek met zijn drie monologen en verhalen, waaronder de bekroonde wordt uitgegeven bij Uitgeverij Tic, Maastricht. Dit boek staat op de Limburgse Literaire Lies.
'D’r Wim Heijmans is sjoeëlmeester. Heë sjrieft jesjiechtens die vroeë maache, noa losse dinke en d’r jesjmak van de sjproach vol oes losse preuve. Uvver dreume die alles mit de wirkliegheet tse maache hant, uvver de wirkliegheet die alles mit de fantasie tse maache hat. Nit vuur nuus hat heë al tswai moal d’r Jroeës-Limburgse Veldeke Lieteratoer-pries krèje. Mit ‘Uvver klone, sjteremeëdjer en anger lü’ zint de jesjiechtens die d’r Wim Heijmans uvver de joare hat oesbraad endlieg jezammeld. En natuurlieg sjteet hei d’rin alle werk woamit heë prieze hat verdeend.' (Paul Weële, uitgeverij Tic)